Wat betekent het Belastingplan voor overige maatregelen? Wij zetten de maatregelen voor u op een rij.
Openbaarmaking boete adviseur
De inspecteur krijgt de mogelijkheid om een boete die is opgelegd aan een ‘adviseur’ wegens het meewerken aan belastingontduiking of toeslagfraude, te publiceren op www.belastingdienst.nl. Het gaat om vergrijpboeten opgelegd aan (rechts)personen die beroeps- of bedrijfsmatig bijstand verleenden bij de ontduiking of fraude. Tegen het besluit tot openbaarmaking is bezwaar mogelijk. Het doel is dat inzicht wordt gegeven in het soort vergrijp van de ‘adviseur’, hoe hoog de boete is, waar en wanneer de overtreding is begaan en wanneer de boete is opgelegd.
Let op!
De wetgeving geldt voor boeten die betrekking hebben op een overtreding die is begaan op of na 1 januari 2020.
Boetevrije inkeer aangepast
Op grond van de inkeerregeling kunnen belastingplichtigen die inkomen of vermogen hebben verzwegen de hoogte van een bestuurlijke boete beperken. De uitsluiting van de inkeerregeling wordt langs twee lijnen uitgebreid, namelijk met:
- box 2-inkomen; en
- inkomen uit sparen en beleggen dat in het binnenland is opgekomen.
Het onderscheid tussen inkomen dat in het buitenland is opgekomen en inkomen dat in het binnenland is opgekomen wordt hiermee weggenomen.
Let op!
Dit geldt zowel voor toeslagen als voor belastingen.
Tonnageregime aangescherpt
Nederland moet per 1 januari 2020 zijn tonnageregime aanscherpen. Een aanscherping is voorgesteld voor de onderdelen inzake:
- het in tijd- en/of reischarter houden van schepen;
- het vlagvereiste; en
- het vervoer van zaken en personen in het internationale verkeer over zee.
Gebruik WOZ-waarden bestuursorganen
Op grond van een delegatiebepaling in de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) kunnen bestuursorganen worden aangewezen die bevoegd zijn het waardegegeven van een onroerende zaak te gebruiken. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om gebruik van vastgestelde waarde van een onroerende zaak (de WOZ-waarde), het adres (meta-kenmerk) en de waardepeildatum (temporeel kenmerk). In sommige gevallen is het wenselijk dat een bestuursorgaan alleen de temporele of meta-kenmerken kan gebruiken. Daarom wordt de betreffende delegatiebepaling uitgebreid met een beperktere aanwijzingsmogelijkheid.
Gebruik WOZ-waarden door derden
Tot en met 30 september 2016 bevatte de Wet waardering onroerende zaken (WOZ) een bepaling met een delegatiegrondslag voor het aanwijzen van derden – niet zijnde bestuursorganen – die het waardegegeven van een onroerende zaak die in hoofdzaak tot woning dient, kunnen opvragen en die bevoegd zijn dat te gebruiken voor een specifiek omschreven doel. Met dit voorstel wordt deze bepaling heringevoerd met terugwerkende kracht tot en met 1 oktober 2016.
Communicatie: elektronisch of per post
Elke belastingplichtige krijgt de mogelijkheid om te kiezen tussen elektronische of papieren toezending van berichten van de Belastingdienst. Die keuze kan op elk gewenst moment worden herzien en geldt voor alle berichtgeving op het gebied van de belastingheffing, de belastinginning en het toeslagendomein (dus niet per onderdeel). Als een belastingplichtige geen keuze maakt, wordt een standaardwaarde ingesteld: de optie die voor de belastingplichtige het meest passend lijkt. De belastingplichtige kan de standaardwaarde wijzigen door alsnog een keuze te maken. Dit voorstel treedt pas in werking als de systemen gereed zijn.
Let op!
Er zijn uitzonderingen mogelijk. Niet alle berichten kunnen al digitaal verzonden worden. Aangiften omzetbelasting en vennootschapsbelasting moeten digitaal worden ingediend.
Let op!
Burgers die tevens ondernemer zijn, hebben voor wat betreft de inkomstenbelasting, de omzetbelasting en de loonbelasting geen keuzerecht. Deze berichtgeving blijft digitaal.
Spontane aangiften
Belastingplichtigen kunnen een spontane aangifte indienen. Ze doen dan aangifte zonder dat de inspecteur daarvoor een uitnodiging heeft gestuurd. Omdat er geen wettelijke aangifteplicht is, kan de inspecteur verschillende wettelijke correctie- en sanctiebevoegdheden niet toepassen. Het voorstel is de wet te wijzigen, zodat de inspecteur die bevoegdheden wel krijgt. Kwaadwillenden die een spontane aangifte indienen, kunnen zo worden aangepakt. De regeling geldt voorlopig alleen voor aanslagbelastingen zoals de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting.
Let op!
Voor de aangiftebelastingen zoals de loonbelasting en de omzetbelasting worden de wettelijke aanpassingen nog onderzocht.
Aanpassing afvalstoffenbelasting
Voorgesteld wordt om in de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm) een technische wijziging aan te brengen in het belastbare feit “de verwijdering van afvalstoffen binnen de inrichting waarin deze zijn ontstaan”. Met dit voorstel wordt geregeld dat het verwijderen van verbrandingsresten in de eigen inrichting buiten de heffing van afvalstoffenbelasting valt, voor zover die verbrandingsresten zijn ontstaan uit de verbranding van aan die inrichting ter verwijdering afgegeven afvalstoffen ter zake waarvan afvalstoffenbelasting is geheven. In alle andere situaties blijft dit een belastbaar feit.
Afvalstoffenbelasting voor buitenlands afval
Sinds 2015 wordt afvalstoffenbelasting geheven bij het storten of verbranden van Nederlandse afvalstoffen. Voorgesteld wordt om ook buitenlandse afvalstoffen die in Nederland worden verbrand te betrekken in de afvalstoffenbelasting. Deze maatregel is een gevolg van het Urgenda-vonnis op grond waarvan Nederland in 2020 de uitstoot van broeikasgassen met 25% moet hebben gereduceerd ten opzichte van 1990.
Verhoging opslag duurzame energie
Het doel van de Wet opslag duurzame energie (ODE) is de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energieproducten (SDE+) te bekostigen. Bij invoering van de ODE was het uitgangspunt dat de helft van de lasten bij huishoudens neer zou moeten slaan en de andere helft bij bedrijven. Het kabinet stelt nu voor om de lastenverdeling van de ODE te wijzigen in 33% voor huishoudens en 67% voor bedrijven. Daardoor gaan grootverbruikers meer betalen. Verder stelt het kabinet voor de naam van de wet te wijzigen in Wet opslag duurzame energie- en klimaattransitie. Volgens het kabinet betekent het dat de lasten voor het MKB nauwelijks stijgen terwijl grootverbruikers van aardgas aanzienlijk meer moeten gaan betalen.
Lager belastingdeel energiebelasting
Voor een huishouden met een gemiddeld verbruik van 1179 m3 gas en 2525 Kwh elektriciteit stelt het kabinet voor om in 2020 het belastingdeel van de energierekening met € 100 te verlagen. In 2021 wil het kabinet de tarieven ongewijzigd te laten en na 2021 de stijging van het belastingdeel van de energiebelasting beperken. Deze verlaging van het belastingdeel zal vooral ten goede komen aan de laagste en middeninkomensgroepen.
Verhoging ovb voor niet-woningen
Op dit moment is het algemene tarief in de overdrachtsbelasting voor onroerende zaken 6%. Per 1 januari 2021 wordt dit tarief 7%. Niet-woningen zijn bijvoorbeeld bedrijfsgebouwen, bedrijfsruimten, grond die bestemd is voor woningbouw en hotels en pensions. Het tarief voor woningen blijft gehandhaafd op 2%. De verhoging van het algemene tarief gaat in op 1 januari 2021. Met deze maatregel wil het kabinet bij de dekking van het klimaatakkoord de burger ontzien en het bedrijfsleven laten meebetalen.
Tip
Het wordt nog belangrijker om daar waar mogelijk een gebouw dat wordt overgedragen aan te merken als woning. In diverse twijfelgevallen heeft de rechter al gunstig beslist.
Gegevensbescherming en betalingen
In de wet komt te staan welke gegevens de Belastingdienst bij een bank kan opvragen om een door de Belastingdienst ontvangen betaling te kunnen koppelen aan een in te vorderen bedrag. Denk daarbij aan vermelding van een onjuist betalingskenmerk bij een overschrijving. Efficiëntie en gegevensbescherming zijn daarbij leidend.