Loonkosten ’subsidie’ op investeringen na 1 oktober
Het kabinet wil bedrijven stimuleren om tijdens deze coronacrisis te blijven investeren. Daarom komen zij met een nieuw voorstel voor een investeringskorting, de Baangerelateerde investeringskorting (BIK). De uitwerking van deze tijdelijke regeling is afgelopen maandag naar ter goedkeuring naar de Tweede Kamer gestuurd. De korting op het investeringsbedrag kunt u verrekenen met de af te dragen loonheffing. U moet dus wel personeel in dienst hebben om gebruik te kunnen maken van de BIK. De korting bedraagt 3% van het investeringsbedrag voor investeringen tot € 5.000.000. Voor investeringen met een groter bedrag geldt een korting van 2,44%. De investeringskorting geldt alleen voor investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen, waarvan de investeringsverplichting is aangegaan op of na 1 oktober 2020. Daarbij moeten de investeringen tussen 1 januari 2021 en 31 december 2022 volledig zijn betaald en binnen zes maanden na die volledige betaling in gebruik zijn genomen. Aanvragen lopen via RVO en de ondergrens bedraagt 20.000 euro per aanvraag.
Meldplicht mais op zand- en lössgronden
Naar alle waarschijnlijkheid moeten ondernemers volgend jaar vóór 15 februari aangeven bij RVO op welke percelen zij mais telen. Op de betreffende percelen mag dan pas vanaf 1 april drijfmest worden uitgereden. Er mag geen mais worden geteeld als een perceel vooraf niet is opgegeven. Eventuele sancties zijn nog niet bekend. Het is dus belangrijk om van te voren te bepalen op welke percelen in 2021 mais wordt geteeld.
Definitieve vaststelling NOW 1
Vanaf 7 oktober kunnen werkgevers die gebruik hebben gemaakt van de eerste tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW 1.0) een aanvraag indienen voor de definitieve subsidievaststelling bij het UWV. De definitieve tegemoetkoming wordt vervolgens vastgesteld op basis van het feitelijke omzetverlies. Dat kan leiden tot een nabetaling of een terugvordering. Organisaties die een voorschot van € 20.000 tot € 100.000 hebben aangevraagd of uiteindelijk een subsidie tussen de € 25.000 en € 125.000 hebben ontvangen moeten bovendien een ‘derdenverklaring’ indienen. Boven een voorschotbedrag van € 100.000 of een definitief subsidiebedrag van € 125.000 is een accountantsverklaring verplicht. Heeft u vragen, of wilt u dat wij u bijstaan met de verklaring? Neem dan contact op met uw relatiebeheer.
Overgangsrecht saldolijfrente verloopt
Heeft u in het verleden betaalde lijfrentepremies niet afgetrokken? Dan is de uitkering uitsluitend belast over het bedrag dat wordt uitgekeerd boven uw premie inleg. Dit noemen we  de saldomethode. Deze saldomethode kent een overgangsrecht van 20 jaar. Dat betekent dat u over de waarde van oude polissen box 3 heffing gaat betalen vanaf 2021. Daarnaast vindt er vanaf 31 december een heffing in box 1 plaats over het rendement van de toekomstige uitkeringen. Pas uw voorlopige aanslag hierop aan en informeer bij uw adviseur wat voor u de beste keuze is.
Belastingdienst compenseert kosten eHerkenning
Ondernemers die zelf aangiften indienen via Mijn Belastingdienst Zakelijk hebben hiervoor een e-Herkenningsmiddel moeten aanschaffen met niveau eH3. Het gaat alleen om het specifieke Belastingdienst eH3-inlogmiddel. Dus niet de gewone eH3-inlog waarmee u ook bijvoorbeeld inlogt bij RVO. De Belastingdienst heeft voor de aanschaf hiervan een vergoeding vastgesteld van € 24,10. Deze vergoeding wordt door RVO uitbetaald. Lees voor meer informatie op www.rvo.nl.
Meer informatie
Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan contact met ons op. Onze adviseurs helpen u graag verder.
