Voordelen uit een bosbedrijf zijn fiscaal gezien vrijgesteld van de winst. Voor toepassing van deze zogenoemde bosbouwvrijstelling dient er sprake te zijn van een bos, waarbij nogal eens discussies zijn gevoerd over wat onder een bos verstaan mag worden.
De rechter heeft kort geleden geoordeeld dat het mogelijk is om op de winst, die behaald is met de verkoop van snoeisel van bomen, zoals forsythia, eik en conifeer, de bosbouwvrijstelling toe te passen. Dit is ook mogelijk indien die bomen jaarlijks door snoei kort worden gehouden. Het is voldoende dat de bomen intact blijven. In de hiervoor genoemde situatie vond terugsnoei plaats tot een hoogte van 80 tot 90 cm.