Wat zijn de maatregelen voor ondernemingen? Wij zetten het op een rij.
Verlaging Vpb
Het tarief in de vennootschapsbelasting gaat omlaag. Het wordt in drie jaarlijkse stappen verlaagd: Vanaf 2019 wordt de eerste schijf in de vennootschapsbelasting (belastbare winst tot € 200.000) belast tegen 19% en de tweede schijf (vanaf € 200.000) tegen 24,3%. Per 2020 zullen de tarieven 17,5%, respectievelijk 23,9% zijn. In 2021 zijn de tarieven 16%, respectievelijk 22,25%. Deze tariefsverlaging in de vennootschapsbelasting komt vooral ten goede aan het MKB. Het grootbedrijf profiteert vooral van de afschaffing van de dividendbelasting.
Tip:Probeer om kosten naar voren te halen door het vormen van een voorziening en opbrengsten uit te stellen door het vormen van een herinvesteringsreserve.
Nieuwe renteaftrekbeperking
Het kabinet wil een nieuwe, algemene renteaftrekbeperking invoeren. Grofweg gezegd komt deze maatregel erop neer dat het saldo van de betaalde en ontvangen rente aftrekbaar is tot maximaal 30% van de gecorrigeerde winst. De gecorrigeerde winst is de winst vóór interest, belasting, afschrijving en andere waardedalingen. Bovendien zal de renteaftrekbeperking een drempel kennen van € 1 miljoen. Het niet-aftrekbare deel is in principe wel door te schuiven.
Tip: De wetgever voorziet dat vennootschappen zich gaan opdelen zodat iedere afzonderlijke vennootschap zelf de drempel van € 1 miljoen kan gebruiken. Het wetsvoorstel bevat echter nog geen concrete bepalingen om zo’n opdeling te bestrijden. Maar wat niet is, kan nog komen.
Wijzigingen als gevolg van ATAD 1
Als rente als gevolg van de generieke renteaftrekbeperking niet in aftrek komt, kan deze rente onbeperkt worden voortgewenteld naar de toekomst. Om oneigenlijk gebruik te voorkomen wordt in de Vpb een antimisbruikbepaling opgenomen. Ook zijn bepalingen opgenomen om de samenloop tussen voortgewentelde rente op grond van de generieke renteaftrekbeperking en het fiscale eenheidsregime te regelen. Verder worden de bepalingen over splitsingen, fusies, bestuurlijke herindelingen of herschikkingen aangevuld voor situaties waarin aanspraken bestaan op voortgewentelde rente op grond van de generieke renteaftrekbeperking.
Verhoging box 2-tarief
In samenhang met de verlaging van de tarieven in de vennootschapsbelasting wordt voorgesteld om het huidige belastingtarief van 25% voor inkomsten uit aanmerkelijk belang (i.e. belang van 5% of meer) te corrigeren naar 26,9% per 2021. Om het midden- en kleinbedrijf tegemoet te komen is de oorspronkelijke correctie uit het regeerakkoord van 28,5% dus verlaagd. De tariefopbouw in box 2 wordt dan als volgt:
Tarief | |
2019 | 25,0% |
2020 | 26,25% |
2021 | 26,9% |
Let op!
Er komt geen overgangsregeling voor winsten die vóór 2020 zijn behaald, maar pas in 2020 of een later jaar worden uitgekeerd aan de dga.
Compensatie bijstandslening (ex-)ondernemers
Een ondernemer in financiële problemen kan bij de gemeente een beroep doen op algemene bijstand om in het levensonderhoud te voorzien. De gemeente verstrekt dit als een renteloze lening, welke op dat moment niet tot het fiscale inkomen van de ondernemer behoort. Na een jaar beslist de gemeente op basis van het jaarinkomen van de ondernemer of de lening geheel of gedeeltelijk moet worden terugbetaald. Bleef terugbetaling achterwege, dan werd het bedrag opgeteld bij het inkomen van de ondernemer. Dit leidde tot een hoger toetsingsinkomen voor een aantal inkomensafhankelijke toeslagen, met terugvorderingsproblemen tot gevolg. Met ingang van 1 januari 2017 worden deze kwijtgescholden leningen niet meer tot het inkomen van de ondernemer gerekend. Wie echter in de jaren 2014, 2015, 2016 nadeel heeft ondervonden in de toeslagensfeer door deze kwijtschelding, kan aanspraak maken op een compensatieregeling. Toeslagrecht wordt opnieuw berekend op basis van het toetsingsinkomen zonder bijstandslening. Eerder teruggevorderde toeslagen vervallen dan. Die terugvordering zal (inclusief rentevergoeding) door de Belastingdienst worden terugbetaald.
Let op!
Om aanspraak te maken op de compensatieregeling moet een schriftelijk verzoek worden gedaan aan de Belastingdienst/Toeslagen voorzien van de benodigde bewijsstukken.
Voorwaartse verliesverrekening Vpb beperkt
De huidige termijn voor voorwaartse verliesverrekening in de vennootschapsbelasting is negen jaar. Deze termijn wordt teruggebracht naar zes jaar. Deze termijn zal voor het eerst gelden voor verliezen geleden in 2019. Voor een verlies geleden in 2018 geldt nog een verrekeningstermijn van negen jaar. Is sprake van een gebroken boekjaar? Dan geldt dat de beperking van de verliescompensatie geldt vanaf het boekjaar dat begint in 2019.
Tip: Probeer verliezen naar voren te halen en zoveel mogelijk in 2018 te laten vallen. Dan is de termijn om deze verliezen nog te kunnen verrekenen negen jaar.
Nog maar zes jaar om ab-verlies te verrekenen
Momenteel zijn verliezen uit aanmerkelijk belang (ab) te verrekenen met de winst uit het voorafgaande jaar (achterwaartse verliesverrekening) en de winsten uit de negen jaren na het verliesjaar (voorwaartse verliesverrekening). De voorwaartse verliesverrekening wordt verkort naar zes jaar. De ab-houder krijgt dus minder tijd om zijn verlies te verrekenen.
Tip: Iemand die geen aanmerkelijk belang meer heeft maar wel een ab-verlies heeft openstaan, kan dit verlies onder voorwaarden omzetten in een belastingkorting voor box 1.
Investeringsaftrekken worden voortgezet
De energie-investeringsaftrek (EIA), milieu-investeringsaftrek (MIA) en willekeurige milieu- investeringen (Vamil) worden met vijf jaar verlengd tot 1 januari 2024. Het aftrekpercentage van de EIA zal worden verlaagd naar 45%. De Energielijst gaat onder de verantwoordelijkheid van de minister van Economische Zaken en Klimaat vallen.
Gevolgen tariefsaanpassing Vpb
Vanwege de wijzigingen in de tarieven in de Wet op de vennootschapsbelasting en de inkomstenbelasting worden de tarieven in de regeling voor geruisloze terugkeer aangepast.
Voldoet een immaterieel activum achteraf bezien niet aan de regels voor toepassing van de innovatiebox? Dan verandert de wijze waarop de vennootschapsbelasting wordt berekend ook door de voorgestelde verlaging van de vennootschapsbelasting.
Vergoeding voor bijzonder kapitaal
Tier 1-kapitaal, ofwel kernkapitaal, bestaat uit het aandelenkapitaal en de ingehouden winst van een onderneming. Aanvullend tier 1-kapitaal zijn zogenoemde hybride kapitaalinstrumenten met zowel kenmerken van eigen als vreemd vermogen. Dit kapitaal bestaat uit instrumenten die een onbepaalde looptijd hebben en geen aflossingsprikkel bevatten. Momenteel is de vergoeding, bijvoorbeeld rente, aan banken en verzekeraars voor het verstrekken van dergelijk kapitaal nog aftrekbaar. Het kabinet wil daar nu een einde aan maken. Hiermee streeft het kabinet naar een gelijke behandeling van eigen en vreemd vermogen en beoogt zo de financiering met vreemd vermogen (waaronder hybride vermogen) te beperken om aldus zorg te dragen voor een gezonde financiële sector.
Verbod investeren vastgoed fbi’s
Voor fiscale beleggingsinstellingen (fbi’s) geldt een vennootschapsbelastingtarief van 0%. Vanaf 1 januari 2020 mogen fiscale beleggingsinstellingen niet meer direct beleggen in vastgoed. Deze maatregel hangt samen met de afschaffing van de dividendbelasting. Vooralsnog wordt op de winstuitdeling aan buitenlandse beleggers dividendbelasting ingehouden. Wanneer echter de dividendbelasting wordt afschaft, zou Nederland zijn heffingsrecht verliezen over resultaten uit in Nederland gelegen vastgoed. De vastgoedmaatregel verbiedt fbi’s daarom direct te beleggen in Nederlands vastgoed.
Let op!
Herstructurering kan afhankelijk van de situatie leiden tot belastbare feiten voor de overdrachtsbelasting, waarbij bestaande vrijstellingen in voorkomende gevallen niet altijd uitkomst beiden.
Beperking afschrijving vastgoed
Onder de huidige wetgeving kunnen B.V.’s in principe onroerende zaken tot maximaal 50% van de WOZ-waarde fiscaal afschrijven als zij deze zaken gebruiken voor hun ondernemingen. Beleggingspanden zijn af te schrijven totdat de boekwaarde gelijk is aan 100% van de WOZ-waarde. Het kabinet wil dit onderscheid in de Vpb opheffen door de afschrijvingsgrens van alle gebouwen te stellen op 100% van de WOZ-waarde. De maatregel zorgt ervoor dat het verschil tussen de boekwaarde en de toekomstige verkoopwaarde kleiner is, met als gevolg dat de belastbare winst bij verkoop van het gebouw lager is.
Let op!
Afschrijving tot op 100% van de WOZ-waarde laat onverlet dat bij lagere marktwaarde van het bedrijfspand, afboeking naar deze lagere bedrijfswaarde is toegestaan.
Korter uitstel exitheffing voor B.V.
B.V.’s en andere vennootschapsbelastingplichtige lichamen krijgen minder uitstel voor het betalen van de zogeheten exitheffing. Deze exitheffing is onder meer aan de orde als een vennootschapsbelastingplichtig lichaam zijn fiscale vestigingsplaats overbrengt naar het buitenland. Nu biedt de fiscus de mogelijkheid om de heffing over de in Nederland opgekomen, maar nog niet gerealiseerde meerwaarden van overgebrachte vermogensbestanddelen in tien jaarlijkse gelijke termijnen te betalen. Deze termijn wordt verkort naar vijf jaar. Voor zover meerwaarden voor die tijd worden gerealiseerd, eindigt het betalingsuitstel.
Let op!
De verkorting van het betalingsuitstel geldt alleen voor belastingschulden waarvoor de fiscus op of na 1 januari 2019 uitstel van betaling heeft verleend.