Onderzoek invoering vermogensaftrek
Om de fiscale behandeling van eigen en vreemd vermogen evenwichtiger te maken, komt er een onderzoek naar een budgettair neutrale invoering van een vermogensaftrek. We kennen al een earningsstrippingmaatregel. Deze regel beperkt de aftrek van rente om te voorkomen dat bedrijven bovenmatig met vreemd vermogen worden gefinancierd. Het verder beperken van de renteaftrek voor vreemd vermogen bij ondernemingen zal ook worden meegenomen in het onderzoek naar een vermogensaftrek.
Verrekening voorheffingen met vpb
Het voornemen is om voor de vennootschapsbelasting de verrekening van voorheffingen zoals de dividend- en de kansspelbelasting per 1 januari 2022 te beperken tot de in een jaar verschuldigde vennootschapsbelasting. De niet verrekende voorheffingen kunnen worden doorgeschoven naar een later jaar.
Aanpassing renteaftrekbeperking
Op basis van een nieuwe renteaftrekbeperking worden onder omstandigheden renten (waaronder kosten en valutaresultaten) ter zake van schulden aan een verbonden lichaam of verbonden natuurlijke persoon van aftrek uitgesloten. Hiermee wordt beoogd om belastinggrondslaguitholling door renteaftrek binnen concernverband tegen te gaan. Gedoeld wordt op de situatie dat negatieve renten en valutawinsten het bedrag aan positieve renten, kosten en valutaverliezen overschrijdt, per saldo leidend tot een vrijstelling. Per kwalificerende schuld kan de specifieke renteaftrekbeperking per saldo niet langer leiden tot een lagere winst.
Hoge Vpb-tarief gaat toch niet omlaag
De lagere tariefschijf in de vennootschapsbelasting wordt vanaf volgend jaar in twee stappen verhoogd naar € 245.000 in 2021 en € 395.000 in 2022. Maar de eerder aangekondigde verlaging van vennootschapsbelasting over winsten in de tweede schijf, van 25% naar 21,7%, gaat niet door. Voor kleine bedrijven (met een winst tot € 245.000 in 2021) gaat deze belasting wel omlaag van 16,5 naar 15%.
Tip!
Vennootschappen in een fiscale eenheid kunnen overwegen om de fiscale eenheid te beëindigen zodat voor iedere vennootschap de verlaagde tariefschijf benut kan worden.
Innovatiebox minder voordelig
Als ondernemingen (bv’s, nv’s, etc.) winst maken met innovatieve activiteiten, hoeven zij over dit deel van de winst minder vennootschapsbelasting te betalen. Voor deze innovatieve winsten geldt de zogenaamde innovatiebox. Per 1 januari 2021 stijgt het effectieve tarief van de innovatiebox van 7% naar 9%.
Aanpassing minimumkapitaalregel en bankenbelasting
Als gevolg van een arrest van de Hoge Raad wordt de minimumkapitaalregel voor banken en verzekeraars aangepast. De minimumkapitaalregel is bedoeld om bij banken en verzekeraars de fiscale prikkel voor de financiering met vreemd vermogen te beperken. De huidige regeling beperkt de fiscale aftrek van verschuldigde rente voor zover het eigen vermogen minder bedraagt dan 8% van het balanstotaal. Dit percentage stijgt per 1 januari 2021 naar 9%. Daarnaast wordt het tarief van de bankenbelasting in 2021 tijdelijk verhoogd naar 0,066% respectievelijk 0,033%.
Versnelde afbouw zelfstandigenaftrek
De eerder geplande afbouw van de zelfstandigenaftrek wordt versneld. In 2021 daalt de zelfstandigenaftrek van € 7.030 naar € 6.670. Tot 2028 bedraagt de jaarlijkse verlaging € 360, in 2028 € 390 en daarna tot 2036 jaarlijks € 110.
Let op!
Uiteindelijk zal de zelfstandigenaftrek in 2036 nog maar € 3.240 bedragen.
Verlaagd tarief energiebelasting voor walstroominstallatie
Voor elektriciteitslevering aan een walstroominstallatie die aan de voorwaarden voldoet voor de energiebelasting komt een verlaagd tarief van € 0,0005 per kWh en voor de Opslag Duurzame Energie geen (belasting)tarief. Walstroom is elektriciteit uit het distributienet aan land die wordt geleverd aan schepen (geen particuliere pleziervaartuigen) die zijn afgemeerd. Aldus hoeven die schepen geen (vervuilende) minerale oliën meer te gebruiken.
Tip!
Inventariseer de mogelijkheden om voor afgemeerde schepen gebruik te maken van een walstroominstallatie. Hierbij geldt een verlaagd tarief energiebelasting.
Eenduidige berekeningswijze KIA
De berekeningswijze van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) wordt voor belastingplichtigen met meerdere ondernemingen en belastingplichtigen die deel uitmaken van een samenwerkingsverband (bijv. Vof) verduidelijkt. Een ondernemer heeft recht op KIA naar evenredigheid van zijn investeringsbedrag t.o.v. het totaal van de investeringen van het samenwerkingsverband en de buitenvennootschappelijke investeringen van de ondernemer. Voor het bepalen van de hoogte van de KIA per onderneming wordt voortaan uitgegaan van het investeringsbedrag per onderneming van de belastingplichtige.
Let op!
Er is geen ruimte meer voor uitzonderingen.
Baangerelateerde Investeringskorting
Bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 zal het kabinet per 1 januari 2021 een Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) voorstellen. De BIK laat ondernemers een percentage van de gedane investeringen in mindering brengen op de loonheffing. Het kabinet wil deze korting tijdelijk invoeren per 2021 als crisismaatregel. Na afloop van de BIK zal deze budgettaire ruimte worden gebruikt voor een nader te bepalen maatregel met hetzelfde doelbereik (het verlagen van werkgeverskosten).
Beperking verliesverrekening
Bij nota van wijziging op het Belastingplan 2021 zal het kabinet per 1 januari 2022 een in de tijd onbeperkte voorwaartse verliesverrekening voorstellen (terwijl dat nu zes jaar voorwaarts is). Daarbij zijn de verliezen (zowel voorwaarts als achterwaarts) echter slechts tot een bedrag van € 1 miljoen aan belastbare winst volledig verrekenbaar. Bij een hogere winst zijn de verliezen slechts tot 50% van die hogere belastbare winst in een jaar verrekenbaar. Deze maatregel volgt uit een van de aanbevelingen van de Adviescommissie belastingheffing van multinationals.