Vanoers.nlBelastingadviesBelastingplan 2025 | Maatregelen auto en mobiliteit

Belastingplan 2025 | Maatregelen auto & mobiliteit 

Belastingplan 2025

Vooruitkijken met vertrouwen naar de toekomst, met Van Oers als betrouwbare partner. In dit artikel worden de wijzigingen die op Prinsjesdag 2024 zijn aangekondigd met betrekking tot ondernemingen besproken. De wijzigingen voor de overige belastingmiddelen leest u in onze nieuwsartikelen.

Tariefkorting emissievrije auto’s

Bezitters van emissievrije voertuigen betalen momenteel geen motorrijtuigenbelasting en vanaf 1 januari 2025 geldt een kwarttarief. Deze korting eindigt echter op 1 januari 2026, waarna de motorrijtuigenbelasting voor elektrische auto’s hoger wordt dan voor vergelijkbare benzineauto’s. Om stagnatie in de groei van emissievrije auto’s te voorkomen, wordt vanaf 1 januari 2026 een nieuwe tariefkorting van 25% op de motorrijtuigenbelasting ingevoerd. Deze korting geldt tot 2030 en wordt toegepast op zowel het rijksdeel als de provinciale opcenten. Dit moet de aanschaf van nieuwe en tweedehands elektrische auto’s aantrekkelijker maken.

Doorlopend gebruik bestelauto

Als een bestelauto vanwege de aard van het werk doorlopend afwisselend door twee of meer werknemers wordt gebruikt, is vaak lastig vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld. In plaats van een bijtelling bij de werknemers in aanmerking te nemen, kan de werkgever een vast bedrag van € 300 per jaar via de eindheffing betalen. Dit bedrag is sinds 2006 niet gewijzigd. Dit bedrag gaat naar € 438 per jaar en wordt vanaf 1 januari 2026 jaarlijks geïndexeerd, zodat het beter aansluit bij de daadwerkelijke omvang van het privévoordeel.

Let op! Zorg dat de verhoging van de eindheffing (jaarlijks) in de loonadministratie wordt doorgevoerd.

Einde speciaal BPM-tarief PHEV’s

De Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (BPM) kent sinds 1 januari 2017 een specifieke tarieftabel voor plug-in hybride voertuigen (PHEV’s) om het verschil tussen de geteste en werkelijke CO2-uitstoot te compenseren. Door recente Europese regelgeving wordt de CO2-metingsmethode voor PHEV’s aangepast, waardoor de uitstootcijfers realistischer worden. Vanaf 2025 vervalt de specifieke PHEV-tarieftabel en worden PHEV’s onder de reguliere BPM-tarieven voor personenauto’s belast. Dit kan leiden tot hogere belasting voor PHEV’s met de nieuwe typegoedkeuring, maar maakt het systeem eenvoudiger en meer in lijn met de werkelijke uitstoot.

Einde BPM-vrijstelling bestelauto’s

De BPM-vrijstelling voor bestelauto’s van ondernemers vervalt. De BPM-grondslag verschuift naar CO2-uitstoot. Voor bestelauto’s zonder vastgestelde CO2-waarde wordt een forfait van 330 gram per kilometer toegepast. Daarnaast wordt de teruggaafregeling voor bestelauto’s van gehandicapten verbeterd. De BPM kan bij inschrijving worden verrekend met de teruggaaf, waardoor voorfinanciering door gehandicapten wordt voorkomen. Deze maatregelen zorgen voor een effectievere belastingheffing en sluiten beter aan bij de praktijk.

Tip: Controleer of uw bestelauto’s voldoen aan de nieuwe CO2-regels om extra kosten te voorkomen.

Nieuwe voertuigdefinities

Het Belastingplan 2025 streeft naar eenvoudiger autobelastingen door de fiscale voertuigdefinities te harmoniseren met de RDW-registraties. Dit betekent dat fiscale definities van voertuigen vanaf 2027 aansluiten bij de kentekenregisterdefinities, waardoor verschillen tussen bijvoorbeeld personenauto’s en bestelauto’s verdwijnen. Hierdoor worden de autobelastingen eenvoudiger en neemt de administratieve last voor burgers en bedrijven af.

Let op! Controleer de nieuwe voertuigdefinities goed om te begrijpen hoe deze de autobelastingen beïnvloeden. Dit kan belangrijk zijn voor zowel particulieren als ondernemers.

Verzoekprocedure nihiltarief autobussen

Autobussen op aardgas of LPG die hoofdzakelijk voor openbaar vervoer worden ingezet, profiteren momenteel van een nihiltarief in de motorrijtuigenbelasting. Bij wijziging van de tenaamstelling van deze autobussen kan onduidelijkheid ontstaan over (het moment van) de toepassing van dit tarief. Om ervoor te zorgen dat het nihiltarief correct wordt toegepast, moet de houder van de autobus een verzoek indienen bij de inspecteur. Dit verzoek is nodig om te garanderen dat het tarief vanaf het juiste moment wordt toegepast.

Let op! Zorg voor indiening van een verzoek bij de inspecteur als de tenaamstelling van de autobus verandert, om problemen met het nihiltarief te voorkomen.

Tip: Een verzoek is alleen noodzakelijk voor een autobus die na inwerkingtreding van het Belastingplan 2025 wordt tenaamgesteld.

Lenny Blaakman
Lenny Blaakman
Directeur fiscaal

Oeps! We konden je formulier niet vinden.

Schrijf u in voor de nieuwsbrief!

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Lenny Blaakman
Lenny Blaakman | Directeur fiscaal
Wilt u meer informatie over dit onderwerp?
Neem contact op met onze specialisten via onderstaand telefoonnummer of e-mailadres. Zij helpen u graag verder!