Naheffingsaanslagen en boetes
Bij de fiscale beoordelingen van de arbeidsrelatie door de Belastingdienst werden als gevolg van bovenstaande vaak naheffingsaanslagen en boetes opgelegd. Dit leidt tot onrust bij organisaties waar ZZP’ers werkzaamheden verrichten. De overheid wil deze onrust graag wegnemen, maar slaagt daar tot dusver niet optimaal in. Van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) werd in het verleden te veel misbruik gemaakt, maar sinds 2016 is het nog niet gelukt een waardige vervanger te vinden.
Modelovereenkomsten ter vervanging van de VAR
De Belastingdienst heeft als vervanger van de VAR modelovereenkomsten gepubliceerd. Indien de juiste overeenkomsten worden opgesteld en er dienovereenkomstig wordt gewerkt, dan zou er geen sprake zijn van een dienstbetrekking voor de loonheffingen. De betekenis van deze modelovereenkomsten is door recente rechtspraak gewijzigd.
In deze modelovereenkomsten staat vaak een bepaling vergelijkbaar met de onderstaande:
- d. Partijen uitsluitend met elkaar wensen te contracteren op basis van een overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 e.v. BW;
- e. Partijen uitdrukkelijk niet beogen om een arbeidsovereenkomst aan te gaan in de zin van artikel 7:610 e.v. BW;
- f. Partijen ervoor kiezen om in voorkomende gevallen de fictieve dienstbetrekking van thuiswerkers of gelijkgestelden zoals bedoeld in de artikelen 2b en 2c Uitvoeringsbesluit Loonbelasting 1965 en de artikelen 1 en 5 van het Besluit aanwijzing gevallen waarin arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd (Besluit van 24 december 1986, Stb. 1986, 655), buiten toepassing te laten en daartoe deze overeenkomst opstellen en ondertekenen voordat uitbetaling plaatsvindt;”
Partijbedoelingen
Dat noemen ze het vastleggen van de partijbedoelingen. In recente rechtspraak is geoordeeld dat de expliciete opgenomen partijbedoeling geen (doorslaggevende) rol speelt in de beoordeling van de arbeidsrelatie. Deze moet blijken uit de uitwerking van de voorwaarden en de feiten en omstandigheden. De praktijk van de modelovereenkomsten zal per onderdeel moeten worden aangepast naar aanleiding van het arrest van 6 november 2020 zo geeft Minister Koolmees dan ook aan in zijn kamerbrief van 10 februari 2021.
De partijbedoeling speelt als gevolg van recente uitspraken van de rechter een kleinere rol. De passages in de modelteksten die zien op de wens om geen dienstbetrekking aan te gaan voegen als gevolg minder toe aan het fiscale kader dan voorheen werd aangenomen. Dit betekent dat het belang van de overige bepalingen in de overeenkomst en de uitvoering hiervan relatief is toegenomen.
Handhaven
Er wordt op dit moment niet erg actief gehandhaafd met betrekking tot dienstbetrekkingen voor de loonheffingen. Dit betekent, als u naar geweten uw best doet dat het risico naar het verleden momenteel beperkt is. De vraag is echter waar de grens precies ligt. Als organisatie wilt u bovendien niet alleen het verleden, maar ook de toekomst op orde hebben. Wij adviseren u rekening te houden met deze verschuiving in de beoordeling bij nieuwe overeenkomsten en uw bestaande (management)overeenkomsten opnieuw zelf te (laten) beoordelen in dit licht.
Heeft de arbeidsrelatie op eigen merites al voldoende kenmerken van zelfstandigheid of wordt er teveel geleund op de schriftelijk opgeschreven bedoeling van de partijen? Wij ondersteunen u hier graag bij.
Meer weten?
Mocht u vragen hebben met betrekking tot dit artikel, dan kunt u contact opnemen met uw contactpersoon voor de loonadministratie, of met Angela Veraart, onze adviseur loonheffingen. U kunt contact opnemen via onderstaande button of per mail: loonadvies@vanoers.nl.
Bron: Kamerbrief over arbeidsrelatie op basis van arbeidsovereenkomst | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl