Vrijgestelde verblijfkostenvergoeding
Inmiddels hebben de Belastingdienst en Transport en Logistiek Nederland (hierna: TLN), in 2019 en 2020 nader overleg gevoerd over een verlenging van het afgegeven standpunt. Daarbij is gesproken over de wijze waarop TLN haar standpunt dat sprake is van gericht vrijgestelde verblijfkostenvergoedingen kon onderbouwen. Dit heeft geleid tot het volgende standpunt van de belastingdienst:
Het standpunt van de Belastingdienst heeft betrekking op de verblijfkostenvergoedingen op grond van de artikelen 40 en 41 van de Cao voor het beroepsgoederenvervoer over de weg en verhuur van mobiele kranen (versie 2020).
Standpunt
De Belastingdienst is van oordeel dat de hierna genoemde verblijfkostenvergoedingen tot de daarbij bedoelde bedragen kunnen worden aangemerkt als kosten waarvoor een vergoeding mogelijk is die gericht is vrijgesteld. En dat is goed nieuws.
Aan het afgegeven standpunt zitten de volgende voorwaarden.
- De verblijfkostenvergoedingen op grond van de artikelen 40 en 41 van de Cao voor het beroepsgoederenvervoer over de weg en verhuur van mobiele kranen (versie 2020) zien op de kosten die een chauffeur onderweg maakt, bestaande uit maaltijden (ontbijt, lunch en avondmaaltijd), overige consumpties en kleine uitgaven (voor sanitaire voorzieningen en waskosten). De verblijfkostenvergoedingen zijn vrijgesteld voor de loonheffingen als de werkgever voor deze kostensoorten geen andere vergoedingen of verstrekkingen verstrekt of deze tot het loon rekent. De werkgever kan extra vergoedingen of verstrekkingen desgewenst aanwijzen als eindheffingsloon dat binnen zijn vrije ruimte valt of waarover hij eindheffing afdraagt.
- De verblijfkostenvergoedingen op grond van de genoemde artikelen kunnen door de cao-partijen jaarlijks worden verhoogd met ten hoogste het stijgingspercentage van de consumentenprijsindex (111.100) restaurants, café’s en dergelijke over de periode tussen 1 oktober voorafgaande aan de ingangsdatum van de cao en 1 oktober van het kalenderjaar daarvoor. Deze index is onderdeel van de consumentenprijsindex van het CBS.
- Het afgegeven standpunt is van kracht onder voorbehoud van wijzigingen in wet- en regelgeving en jurisprudentie die aanpassing c.q. wijziging van het afgegeven standpunt noodzakelijk maken.
Geldigheidsduur en verlenging
Dit standpunt geldt voor de periode vanaf 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025 en vervalt zonder nadere mededeling per laatstgenoemde datum. Voor een standpuntbepaling voor de periode daarna is een onderzoek vereist naar de omvang van de kosten.
Meer informatie
Wil u over dit onderwerp ook eens van gedachte wisselen met een van onze transportspecialisten, neemt u dan gerust contact met ons op. U kunt contact opnemen via onderstaande button of per mail:Â info@vanoers.nl.