De afgelopen periode hebben cao-partijen onderhandeld over de waarde van vakantiedagen. Dit heeft geleid tot een aanpassing in de lopende cao die met ingang van 1 januari 2019 van kracht zal worden.
Met ingang van 1 januari 2019 wordt de waarde van de wettelijke vakantiedagen en van twee van de bovenwettelijke vakantiedagen die vanaf 1 januari 2019 worden opgebouwd als volgt berekend:
- Het functieloon van één dag vermeerderd met (eventueel) de persoonlijke toeslag en de ploegentoeslag.
- Het gemiddelde bedrag dat in het voorafgaande kalenderjaar per dag is ontvangen aan een structurele vergoeding van de toeslagen voor de zaterdag- en zondaguren, de Toeslagenmatrix, de vuilwerktoeslag, de koudetoeslag, de consignatievergoeding, de reisuren voor de werknemers op mobiele kranen en de onregelmatigheidstoeslag. In verband met het niet altijd structurele karakter van deze vergoedingen wordt 90% van de totale waarde meegenomen in de berekening.
- Het gemiddelde bedrag dat in het voorafgaande kalenderjaar per dag is ontvangen aan een structurele vergoeding van overuren, zaterdag- en zondaguren voor zover deze de 40 uur per week overschrijden. In verband met het niet altijd structurele karakter van deze vergoeding wordt dit bedrag vervolgens afgetopt op 22,75% van het functieloon.
Periode 2014-2018
Iedere werknemer in loonschaal A tot en met H die gedurende het gehele kalenderjaar 2018 bij werkgever in dienst is geweest en in dat jaar minimaal 100 uren heeft gewerkt waar een toeslag aan verbonden is, niet zijnde de ploegen- en de persoonlijke toeslag, heeft in 2019 recht op een eenmalige uitkering van € 750,00 bruto, die zal worden uitgekeerd in 3 termijnen van € 250,00 bruto, uit te betalen op 31 maart, 30 juni en 30 september 2019. Voorwaarde hiervoor is wel dat de werknemer afstand doet van zijn rechten aangaande de vergoeding van de structurele toeslagen over de genoten vakantiedagen in de jaren 2014-2018. Een voorbeeldovereenkomst waarin u dit met uw werknemers kunt regelen, is te verkrijgen bij ons transportteam.
In het recente rapport Panteia/NEA prognose kostenontwikkeling 2019 (zowel voor binnenlands vervoer als voor grensoverschrijdend vervoer) spreekt men over een verwachte kostenstijging van 3,3% als gevolg van het onderhandelingsresultaat. Dit is gebaseerd op een gemiddelde maatman waarbij de loonkostenstijging van de toeslagen en overuren 1,74% is en het effect van de eenmalige uitkering een loonkostenstijging van 1,56% betekent. Men geeft daarbij aan dat de weergegeven percentages slechts een indicatie geven aangezien de samenstelling van de kosten van het ene bedrijf tot het andere bedrijf en van het ene soort vervoer tot het andere soort vervoer uiteen kunnen lopen.